Gezondheid | Premium

Zo krijg je Mortellaro onder controle

Mortellaro-specialiste Dr. Dörte Döpfer van de veterinaire Universiteit Wisconsin gaf tijdens een zomerbijeenkomst met het thema ‘klauwen’ in Echem (D.) een lezing en workshop over het in de vingers krijgen van het voorkomen van Mortellaro (Dermatitis Digitalis) op melkveebedrijven.

Is Dermatitis Digitalis (DD), meestal Mortellaro genoemd, eenmaal de koppel binnengekomen, dan verspreidt het zich snel en wortelt zich stevig onder de dieren. Aannemelijk is dat de infectieziekte onder 70 tot 100 procent van het melkveebestand voorkomt. Een koppel dat de ziekte onder zich heeft, is zonder behandeling niet weer Mortellaro-vrij te krijgen, die illusie neemt Döpfer vast weg. De DD veroorzakende Treponemen (Schroefvormige bacteriën) wringen zich bij een chronische ontsteking in de huidplooien en kapselen ze zich daar in waarna ze een reservoir vormen waarin ze kunnen overleven. Door stress (verzwakte immuniteit van de koe) groeien de Treponemen uit hun reservoir en de DD verergert verder. De dynamiek van het voorkomen van de verzwakkende klauwaandoening wordt gedomineerd door al chronisch zieke koeien of jongvee.

Bovendien geldt: Des te verder een infectie gevorderd is (chronische laesie), des te moeilijker het wordt de bacteriën te bereiken. Intensieve behandelingen middels sterk geconcentreerde en vaak toegepaste klauwbaden of individuele behandelingen hebben geen resultaat. Het tegendeel is zelfs waar. Deze maatregelen verergeren de situatie. Ze irriteren de huid en zorgen voor snellere groei van epitheelcellen, de huidplooien worden dieper en vormen zakjes. De Treponemen kunnen zich nog dieper ingraven. Zo verklaart de dierenarts die aan de veterinaire Universiteit Wisconsin al jaren onderzoek doet naar Mortellaro.

Dr. Doerte Doepfer
Dr. Dörte Döpfer, Mortellaro-specialiste

“Het kan leiden tot een stijging van het aantal chronische laesies. Zonder klauwbaden is Mortellaro echter ook niet in de vingers te houden, vervolgt Döpfer.”

Döpfer: “Mortellaro is meer dan alleen een rode wond die je met welk goedje dan ook moet insmeren en er dan klaar mee bent.” Wil je het ook op lange termijn in de vingers hebben, dan is het meest belangrijk om het voorkomen van de ziekte gecontroleerd en bewust in balans te brengen. Om dat te realiseren moet je weten hoe DD ontstaat en verloopt en er alerter op zijn.

Ziektestadium Verloop
M0 = gezonde klauwen, normale huid zonder symptomen bij slechte omgevingshygiëne en stress kan insleep van ziekteverwekkers in een infectie resulteren (van M0 naar M1)
M1 = vroeg/subklinisch, beperkte rood- tot grijze huidverkleuringen met een doorsnee van niet meer dan twee cm. In de tussenklauwspleet kan een tussenfase van een chronische laesie optreden (M4). NU MOET BEHANDELD WORDEN (bijvoorbeeld plaatsspecifiek antibiotica toedienen) · als de behandeling effectief is geneest de klauw (M3) · of het wisselt tussen M2, M4, M4.1 · komen M2-laesies veel voor in de koppel, dan is er sprake van een DD-uitbraak.
M2 = pijnlijke, acute zweer, acute felrode verkleuring van de klauwhuid, > 2 cm doorsnee, gewoonlijk langs de huid-hoorngrens, rond de bijklauwen en bij klauwscheuren. NU MOET BEHANDELD WORDEN (bijvoorbeeld plaatsspecifiek antibiotica toedienen) · als de behandeling effectief is geneest de klauw (M3) · of het wisselt tussen M2, M4, M4.1 · komen M2-laesies veel voor in de koppel, dan is er sprake van een DD-uitbraak.
M3 = Genezing, treedt op binnen een tot twee dagen na het behandelen van M2; het wondoppervlak wordt vast en korstachtig. De korst laat 7 tot 10 dagen later los; in het beste geval is de laesie niet pijnlijk meer. De genezing kan zich voortzetten en de laesie ontwikkelt zich door tot M0 · ontwikkelt zich tot M2 of tot M4 (chronisch).
M4 = Chronisch, Opnieuw hyperkeratotische (eeltvormige) verdikking en verkleuring van de huid of draadvormige dan wel schilferachtige, korstloze wildgroei. Kan zich ontwikkelen tot M4.1: DAT MOET WORDEN VOORKOMEN, door: goed werkend klauwenbad, correcte klauwverzorging en fundamentele hygiëne.
M4.1 = chronische terugkeer, op of in de hyperkeratotische laesie ontwikkelt zich opnieuw M1. Kan zich tot M4 ontwikkelen · ontwikkelt zich mogelijkerwijs tot M2 · Bacteriereservoir verdiept zich.
1 Ziektestadia Dermatitis Digitalis

Zo behandel je een acute laesie juist:

Mortellaro-1
Hier heeft de blauwspray niet geholpen.
Mortellaro-2
Niet schoonmaken met het mes, maar met een schone doek.
Mortellaro-3
Met een stompe spreidtang de huid tussen de klauwen bekijken.
Mortellaro-4
Zo is ook een eerste M1-leasie te vinden.
Mortellaro-5
Blauwspray tweemaal 30 seconden aanbrengen.
Mortellaro-6
Huid tussen tussenklauwspleet en bijklauwen met een wattenverband afdekken.
Mortellaro-7
lastisch verband ‘eenmaal tussendoor, tweemaal eromheen’.
Mortellaro-8
Niet te strak wikkelen, anders snijdt het verband in de huid.

De stadia ontwikkelen zich zo verschillend omdat niet iedere koe in gelijke mate vatbaar is. Bij het wetenschappelijke onderzoek naar de statuscontrole van DD en naar geïnfecteerde koeien door de jaren heen, heeft Döpfer drie verschillende typen DD-koeien geïdentificeerd:

  • Typ 1 – Koeien ontwikkelen nooit een acute DD-laesie (M2), ook niet bij een uitbraak onder de koppel. Het voorkomen bij deze koeien ligt tussen 10 en 30 procent in een met DD besmette koppel.
  • Typ 2 – Koeien hebben direct de acute M2-laesie. Na een geslaagde behandeling zijn ze er weer vanaf. 30 tot 60 procent van de koppel valt onder type 2.
  • Typ 3 – Koeien krijgen terugkerend de M2-laesie, ze zijn chronisch ziek en maken 10 tot 30 procent van de getroffen koppel uit.

Dat iedere koe anders reageert op de besmetting met DD, is volgens nieuwe inzichten erfelijk bepaald. De erfelijke aanleg van een type 3-koe duidt volgens Döpfer op een onverwacht hoge heratibiliteit (invloed van genetica) van 0,49 tot 0,51. Deze ervaring is slechts een begin en biedt mogelijk de kans in de toekomst te kunnen selecteren op Mortellaro.

Type 3-koeien zijn indicatoren voor te nemen maatregelen

De chronisch zieke Type 3-koeien zijn met meerdere M2-laesies per maand (iedere 10 tot 14 dagen) de probleemdieren binnen het koppel. Döpfer raadt daarom aan de achterklauwen van alle dieren in de koppel regelmatig (ideaal is wekelijks, maximaal maandelijks) te controleren op DD-symptomen. Doe dat strategisch, tel op z’n minst de scores telkens op om het verloop te kunnen zien. Dr. Döpfer zelf scoort de koeien graag in de melkstal of aan het voerhek. Ze gebruikt daarbij de DD-Check-App (gratis app, tot nu toe alleen voor Apple). De app geeft na meerdere scoremomenten ook een voorspelling voor een volgende DD-uitbraak.

Behalve het regelmatig analyseren van de DD-scores binnen de koppel, kun je ook de werking van het ingezette klauwenbad controleren, indien nodig het klauwenbad en de stalhygiëne optimaliseren en aan de hand van de scores en de analyses de strategie aanpassen. De strategie (concentratie, interval) is bij een uitbraak bedrijfs-individueel te variëren, zegt Döpfer. Doel is het aantal acute M2-laesies te laten dalen, als ook nieuwe uitbraken bij de chronisch zieke type 3-koeien. Een afnemend aantal M4-gevallen duidt ook op een goede strategie. Het is zaak risicofactoren in de bedrijfsvoering te ontdekken die kunnen leiden tot optreden van DD: dieraankopen (brengen nieuwe bacteriesoorten met zich mee wat de balans in voorkomende ziekteveroorzakers verstoord), voersamenstelling, hitte en andere factoren die tot stress leiden.

Tips voor een goed klauwenbad

‘Veel en vaak is beter’ gaat niet op. Te hoog geconcentreerde basische of zure middelen en ook te vaak de koeien door een klauwenbad laten gaan, maken alles erger. Het irriteert de huid en vergroot de kans op infecties en uitbraken.

De pH-waarde van het klauwenbad moet boven 3,5 liggen en het best tussen 4 tot 5,5.

In het begin vaak, daarna minderen: Wil je de klauwenbadstrategie aanpassen, dan raadt Döpfer aan te beginnen met drie dagen lang de koeien eenmaal door een klauwenbad (specifieke toegelaten middelen). Aan de hand van hoe de koeien erop reageren, pas je de concentratie en het interval aan.

De juiste concentratie: Formaldehydehoudende biocide (formaline) met een concentratie van drie tot vijf procent. Altijd doseren volgens etiket. Interval: wekelijks tot tweewekelijks. Naast formaline is ook kopersulfaat in Nederland in de handel verkrijgbaar.

Wisselen na 150 tot 300 koeien: Afhankelijk van de vervuiling van de klauwen, moet het klauwenbad na maximaal 300 koeien worden ververst.

Vorm van het klauwenbad: de wand van het bad moet zo zijn, dat iedere koe met iedere klauw minstens tweemaal zes centimeter in de vloeistof staat.

Jongvee niet vergeten. In vergelijking met type 1-koeien, produceren vaarzen die na de eerste 305 lacatatiedagen als type 2 of type 3 worden ingeschaald 199, respectievelijk 335 kg minder melk (Gomez et al. 2015). Om dat te voorkomen raadt Döpfer aan het jongvee mee te nemen bij de DD-monitoring. Daarbij moet de leeftijdsgroep waarbij DD-symptomen het meest voorkomen worden bepaald en dan 60 tot 90 dagen worden teruggerekend. Dat is het moment waarop de dieren zijn besmet. Het advies van Döpfer is ook hier werken volgens de strategie: Scoren, hygiëne, klauwenbad, behandelen.

Je hebt zojuist een Premium-artikel gelezen.
Het aantal premium-artikelen dat je kunt lezen is beperkt. Wil je meer Premium lezen? Maak dan een gratis profiel aan.
Dit Premium-artikel krijg je cadeau. Onbeperkt lezen? Nu proberen
Over de auteur: Wilbert Beerling
Wilbert Beerling groeide op een melkveebedrijf op. Sinds 2011 werkt Wilbert bij AgriMedia waar hij nu zorg draagt voor de samenstelling van de vakbladen Elite...
Meer over:
Gezondheid
Deel dit bericht: Facebook Twitter LinkedIn

Elite Nieuwsbrief

Nieuwsbrief Wil je ook de wekelijkse nieuwsbrief ontvangen en op de hoogte blijven van de ontwikkelingen op het gebied van melkvee?