Wortelen worden in de winter- en lentemaanden als smakelijk voer aangeboden. Elite legt uit hoe je ze op de juiste manier kunt voeren.
Eetbare wortelen zijn op dit moment op veel plaatsen verkrijgbaar. Isabel Fengels van het landbouwinstituut in Noordrijn-Westfalen (D) geeft advies over de positieve eigenschappen van wortelen, wanneer het winstgevend is om ze in het rantsoen te verwerken en bij welke rantsoenen ze passen.
Bètacaroteen maakt het verschil
Melkveehouders krijgen gewoonlijk wortelen aangeboden die niet verkocht kunnen worden voor humane consumptie. Niet vanwege een slechte kwaliteit, maar omdat ze niet de uiterlijke kenmerken hebben die nodig zijn (bijvoorbeeld een afwijkende grootte, vorm et cetera). Doordat in 2021 voldoende regen is gevallen, zullen dit jaar meer wortelen worden verhandeld dan in de voorgaande jaren – met regionale verschillen.
Maar wat is zo speciaal aan dit voer? Wortelen (11 tot 15 procent drogestof) zijn interessant voor het voeren van melkkoeien, omdat ze een hoog suikergehalte van rond 250 gram per kg drogestof en daarnaast een hoog β-caroteengehalte hebben. β-caroteen bevordert de vruchtbaarheid. Op bedrijven waar het hele jaar door kuilgras wordt gevoerd ontbreekt dit vaak, vooral in de winter.
Het gehalte aan β-caroteen in wortelen kan echter sterk variëren, tussen 500 en 1.400 milligram per kg drogestof. Dit blijkt uit eerdere analyseresultaten. Bij een dagelijkse behoefte van lacterende koeien van 300 milligram (30 liter melk per dag) is een lager gehalte β-caroteen in de wortelen ook voldoende om in de behoefte te voorzien (bij vijf kg vers wortelgewicht en in combinatie met ander voer).
Zowel droge als lacterende koeien profiteren van rode biet
Wortelen kunnen eigenlijk in alle rantsoenen worden gebruikt. Voor droge en lacterende koeien zijn ze eigenlijk vooral zinvol vanwege het gehalte aan β-caroteen. Per koe per dag kan vijf tot tien kg vers gewicht worden gebruikt. Tot vijf kg per koe per dag is het niet nodig om die mee te nemen in de rantsoenberekening omdat koeien het opnemen naast hun normale voederopname.
Bij meer dan vijf kg per koe per dag moet het totale suikergehalte van het rantsoen in het oog worden gehouden. Let op: bij een te hoog suikergehalte kan pensverzuring optreden.
Het suikergehalte van de wortelen en daarmee de smakelijkheid stimuleert koeien om te vreten. Dit kan zowel op traditioneel melkende bedrijven als op bedrijven met een melkrobot een positief effect hebben op de voeropname. Op AMS-bedrijven bestaat echter de mogelijkheid dat slecht presterende koeien de prikkel om naar de robot te gaan (krachtvoer) verliezen, omdat ze in plaats daarvan smakelijke wortelen aan het voerhek kunnen opnemen.
Bij het toevoegen van wortelen aan het rantsoen moet wel rekening worden gehouden met het feit dat wortelen seizoenproducten zijn en dus voornamelijk verkrijgbaar zijn in de winter- en vroege lentemaanden.
Voldoende vreetplekken zijn een must
Het streven is wel om wortelen alleen in te zetten als alle dieren een vreetplek hebben. Anders kunnen niet alle dieren (vooral de koeien laag in rang) van de wortelen profiteren. Omdat de dieren wortelen zo lekker vinden kan er op het moment van een tekort aan voerplekken sociale stress ontstaan. De dieren beginnen op elkaar te klimmen en er ontstaat onrust.
Wortelen werpen bijna altijd vruchten af
Wortelen hebben als diervoeder vele voordelen. Ze hebben een positief effect op de voeropname en vruchtbaarheid. Maar zijn ze ook winstgevend?
- Bij een tarweprijs van 27 euro per 100 kg zijn wortelen (maximale prijs waartegen het gekocht kan worden) 2,67 euro per 100 kg waard (inclusief transport).
- Bij een prijs van 29 euro per 100 kg is de de voederwaardeprijs 2,89 euro per 100 kg (inclusief transport).
Wortelen worden niet altijd in deze prijsklasse aangeboden., maar door hun hoge caroteengehalte zijn ze altijd goedkoper dan synthetisch β-caroteen.
Uiteraard is de prijs van wortelen ook afhankelijk van de afnamehoeveelheid. Voor kleine melkveehouderijen kan het zinvol zijn om een vracht wortelen te delen met een ander bedrijf om bederf te voorkomen.
Wortelen kunnen niet lang worden bewaard
Net als aardappelen kunnen wortelen niet lang buiten worden bewaard. Het is dan ook logisch om wortelen elke 14 dagen te laten leveren. Ze kunnen dan bijvoorbeeld op een betonnen ondergrond, afgezet met strobalen worden bewaard. Een overkapping is niet nodig. Afhankelijk van de temperatuur zijn wortelen ongeveer 14 dagen houdbaar, bij koud weer wel 3 weken. De bewaartijd wordt verkort als het bijvoorbeeld in het voorjaar warm en vochtig is. Ook met vorst moeten wortelen worden beschermd met bijvoorbeeld stro.
Naast de lage buitentemperatuur is voor de houdbaarheid van wortelen ook van belang dat ze ongewassen zijn. Maar let op: er mag ook niet teveel grond aan de wortelen zitten want dit kan bij de koeien problemen geven met de vertering.
Als wortelen zwart beginnen te kleuren is het van belang dat ze snel worden gevoerd. Het is daarom belangrijk om de voorraad wotelen dagelijks te controleren.
Tekst: Sophie Hünnies en Birte Ostermann-Palz in samenwerking met Isabel Fengels van landbouwinstituut Noordrijn-Westfalen (D) – Foto: Birte Ostermann-Palz