Jongvee

Licht heeft geen invloed op biestkwaliteit

Uit onderzoek blijkt dat het optimaliseren van de hoeveelheid licht waaraan een koe overdag wordt blootgesteld, de melkproductie met ongeveer zes tot tien procent verhoogt.Hoeveel licht melkkoeien nodig hebben, hangt ook af van het stadium in de lactatie en het afkalfsysteem.

Licht remt een enzym remt dat betrokken is bij de aanmaak van melatonine, wat invloed heeft op hormonen zoals Insuline-achtige groeifactor 1 (IGF-1) en prolactine. Daardoor heeft licht een drijvend effect op de melkproductiehoeveelheid. IGF-1 en melatonine sturen de stofwisseling van een koe en daarmee haar melkproductie, terwijl prolactine verantwoordelijk is voor het stimuleren van de uier tot melkproductie.

Omdat deze melkproductie-gerelateerde hormonen worden beïnvloed door lichtperiodes, kunnen veehouders de productie sturen door te variëren met de hoeveelheid licht waaraan koeien worden blootgesteld. Sommige rapporten suggereren ook dat licht een rol speelt bij de productie van hoogwaardige biest.

Echter, een studie die eerder dit jaar werd gepubliceerd in de Journal of Dairy Science concludeerde dat lichtperiodes geen werkelijk effect hebben op de kwaliteit van biest.

Lange lichtperiode

Lange lichtperiodes met een verhouding van 16 uur licht en 8 uur duisternis zijn bewezen effectief in het verhogen van de melkproductie bij lacterende koeien.

Gedurende de 16 uur licht heeft een koe tussen de 150-200 lux nodig, gemeten op ooghoogte. Meer is niet beter. Voortdurende blootstelling aan licht kan juist een negatief effect hebben op de melkproductie. Dit moet gevolgd worden door acht uur onafgebroken duisternis – wat betekent dat de verlichting niet sterker mag zijn dan 10 lux. Rood licht van lage intensiteit is acceptabel voor nachtelijke verlichting, vooral in de afkalfstal of in het afkalfseizoen. Rode lampen mogen niet sterker zijn dan 7,5 watt en moeten geplaatst worden met een tussenruimte van 6 tot 9 meter. Dan heeft de intensiteit van het rode licht geen invloed op de waarneming van duisternis door het dier, en blijft de melatonineproductie stabiel. Koeien hebben twee tot vier weken nodig om zich aan te passen aan de verandering in de lichtperiode voordat een verschil in melkproductie zichtbaar wordt.

Droogstand

Melkveehouders die in de wintermaanden niet melken, zouden in de droogstandsperiode een korte lichtperiode moeten hanteren. Dat fungeert als een ‘reset’ voor de koeien. Een korte lichtperiode geeft koeien tussen de 12 en 16 uur duisternis met lichtniveaus onder vijf lux.

Door deze aanpak te volgen, worden de prolactineniveaus tijdens de droogstand verlaagd, waardoor de koe beter reageert op de daaropvolgende lange lichtperiode – en dit stimuleert de melkproductie.

Bron: Agriland

Foto: Birte Ostermann-Palz

Over de auteur: Wilbert Beerling
Wilbert Beerling groeide op een melkveebedrijf op. Sinds 2011 werkt Wilbert bij AgriMedia waar hij nu zorg draagt voor de samenstelling van de vakbladen Elite...
Meer over:
Jongvee
Deel dit bericht: WhatsApp Facebook

Elite Nieuwsbrief

Nieuwsbrief Wil je ook de wekelijkse nieuwsbrief ontvangen en op de hoogte blijven van de ontwikkelingen op het gebied van melkvee?