Zieke koeien kosten geld. De juiste preventieve maatregelen in de transitieperiode beschermen je tegen hoge behandelingskosten en productieverliezen.
Veel productieziekten vinden hun oorsprong in de transitie, dus in de periode rondom de afkalving. Calciumtekort, aan de nageboorte blijven staan, metritis, ketose, lebmaagverdraaiing, kreupelheid en mastitis zijn de meest voorkomende gezondheidsproblemen in deze gevoelige fase. Melkveehouders weten heel goed wat zo’n ziektegeval kost. Het honorarium van de dierenarts en de verbruikte diergeneesmiddelen vind je immers met regelmaat terug op de binnenkomende factuur.
Elke derde koe wordt afgevoerd
Wat vaak niet zo nauwkeurig wordt becijferd, zijn de indirecte verliezen door het terugvallen van de melkproductie en de afvoer van koeien die ongeneeslijk ziek zijn geworden. Meer dan een derde van de koeien heeft de laatste jaren vanwege ziekte of productie ongepland de veestapel verlaten. Dat is een dure aangelegenheid. De slachtopbrengst voor een oudere, matig producerende koe is 500 tot 1.000 euro. Dat is te weinig om een vaars op te fokken of te kopen (1.500 tot 2.000 euro) die bovendien vaak een lagere startproductie heeft dan de oudere koe. Dat betekent dat elke koe die wordt afgevoerd een verliespost is. Maar ook als de koe wel in het koppel kan blijven, veroorzaakt elke ziekte die een koe ondergaat naast dierenartskosten veel hogere indirecte kosten (zie tabel). Tot deze indirecte kosten behoren minder melkopbrengst door productieverliezen en dumpmelk, lagere vruchtbaarheidsresultaten en een verhoogd risico op verdere productiegerelateerde ziekten.
Duurste behandeling
In de tabel kun je zien dat een lebmaagverdraaiing de duurste ziekte is. Als de lebmaag door een gasbel in het lichaam van de koe verdraait en aan de linkerkant van het lichaam naar boven stijgt, is een operatie vaak de enige oplossing. Een lebmaagverdraaiiing naar links komt duidelijk vaker voor dan een verdraaiing naar rechts. In 85 procent van de lebmaagverdraaiingen is de lebmaag naar links verdraait. Bij een rechtszijdige lebmaagverdraaiing is er een acuut noodgeval, omdat de doorbloeding van de maag door de verdraaiing onderbroken raakt. Lebmaagverdraaiingen treden in 90 procent van de gevallen in de eerste 30 dagen na de afkalving op en meestal in de eerste 2 weken. De kosten per geval liggen tussen 380 euro bij een vaars en 565 euro bij een koe. De behandelingskosten zijn verdubbeld in de laatste 20 jaar. Vandaag de dag wordt vaker en dankzij echografie efficiënter geopereerd. Onafhankelijk van hoe geopereerd wordt (blinde steek (laparoscopische operatie), echografie, open operatie). De behandeling is altijd duurder dan preventie, aldus Dr. Stefan Borchardt van de Vrije Universiteit Berlijn. De preventie van lebmaagverdraaiing begint met het droogzetten. Het komt er dan op aan of de koe de juiste lichaamsconditie en een gezonde stofwisseling heeft. Ze heeft voldoende voerhekruimte nodig, een rantsoen met de juiste deeltjesgrootte en een hoge drogestofopname om het risico op lebmaagverdraaiing te verkleinen.
De op één na duurste ziekte is verstoring van de uiergezondheid: mastitis. Bijna 20 procent van alle koeien verlaat vroegtijdig het koppel vanwege uierproblemen. Bij deze ontsteking van de melkklieren, zijn productieverliezen en vroegtijdige vervanging de factoren die elk mastitisgeval duur maken. De verliezen liggen bij vaarzen op 290 euro per geval en bij koeien op 407 euro. Klinische mastitis is de ziekte waarbij bovendien de meeste geneesmiddelen (antibiotica in uierinjectors en als injectie, ontstekingsremmers) worden ingezet. De preventie van mastitis reikt van een correct afgestelde melkinstallatie en melkhygiëne tot goede barrières in de uiers van droge koeien en een schone, stressvrije leefomgeving voor de koeien. Daarbovenop passen maatregelen die het immuunsysteem kunnen ondersteunen: goede voeropname, een schone stal en koecomfort.


Pijn verlaagt de productie
Een andere belangrijke reden voor afvoer zijn klauwproblemen die tot kreupelheden leiden. Hierdoor getroffen koeien staan door de pijn niet graag en bewegen zich weinig. De voeropname daalt (ketose) en deze koeien laten tocht niet zien met slechte reproductieresultaten als gevolg. Kreupelheid als reden van afvoer staat op de derde plaats na vruchtbaarheids- en uierproblemen. De economische verliezen van een kreupele koe liggen tussen 109 en 290 euro, afhankelijk van de zwaarte ervan. De preventie bestaat uit regelmatige klauwverzorging, klauwbaden, onderbreken van de infectieketen (bij Mortellaro), controle van gripvastheid van vloeren en voer waarop koeien goed herkauwen. Ook de bezettingsdichtheid in de stal heeft invloed op de klauwgezondheid.
Melkziekte: begin van het eind
De nageboorte mag op z’n laatst 24 uur na het afkalven van de koe komen. Gebeurt dat niet, dan is er sprake van ‘aan de nageboorte blijven staan’. Dat kan voorkomen bij tot 10 procent van de afgekalfde koeien. Bijna altijd wordt dit opgevolgd door een baarmoederontsteking (metritis) met als gevolg een verlate inseminatie. De economische verliezen die hiermee gepaard gaan liggen per geval tussen 133 (vaarzen) en 344 euro (koeien). De preventie bestaat uit het vermijden van melkziekte, hygiënische geboortehulp en voldoende vitamine E en selenium in het voer. Subklinische melkziekte is op dit punt vaak het begin van opeenvolgend optredende andere ziekten. Ontbreekt het de baarmoederspieren aan calcium, wat het afdrijven van de nageboorte bemoeilijkt, dan hebben bacteriën vrij spel om via het open geboortekanaal in de baarmoeder te komen. Daar ontwikkelt zich vervolgens een lichte of zware baarmoederontsteking. De koe, waarvan het algemeen welbevinden flink is verstoord door koorts en toxines, neemt minder of geen voer op. Het energietekort leidt tot ketose en stofwisselingsziekten die lebmaagverdraaiing in de hand werken.
Het duurst aan ziektegevallen zijn de productieverliezen en de kosten voor een vervangende vaars. Daarom is elk ziektegeval er een te veel. Een intensieve zwakteanalyse is altijd lonend als deze helpt het aantal ziektegevallen te verlagen. Om diergezondheid goed te monitoren, is het van groot belang alle ziektegevallen te registreren alsook de reden van afvoer van elke koe die het bedrijf verlaat. Dat kan helpen het belangrijkste probleem op het bedrijf in beeld te krijgen en aan te pakken. De preventie tegen de duurste ziekten bestaat in eerste instantie niet uit vaccineren, het gebruiken van geneesmiddelen of bedrijfsbezoeken en controles door de dierenarts. In eerste instantie draait het om optimaliseren van het management.
Tekst en foto: Marion Weerda