Body Condition Scoring (BCS) is een goed hulpmiddel om de stofwisseling van de koeien te controleren. Het verloop van de BCS gedurende de lactatie is veel bepalend.
Voerfouten en stofwisselingsproblemen bij melkkoeien zijn bij melkkoeien zeer snel te herkennen aan de lichaamscondiitie. Daarbij gaat het er in basis niet om welke koe te vet of te mager is, maar meer om de ontwikkeling van de BCS gedurende de lactatie. Bij verse koeien is verlies van lichaamsmassa vanwege het typische energietekort amper te vermeiden. Wat in de gaten gehouden moet worden, is hoe sterkt een individuele koe lichaamsconditie afbouwt en wanneer ze het weer opbouwt.
Drachtige en zeker droogstaande koeien mogen niet te vet worden om nadelige gevolgen daarvan na de afkalving te voorkomen. Tegelijkertijd mogen koeien in de droogstand ook niet of amper aan conditie verliezen. Het einde van de lactatie gaat altijd samen met een groeps- en rantsoenwisseling. Op sommige bedrijven gaan droge koeien in het weideseizoen op ‘weidevakantie’. Deze omschakelingen en de effecten op de stofwisseling mogen niet worden onderschat.
Meerdere studieresultaten tonen aan dat een verlies aan lichaamsmassa in de transitiefase, zowel voor als na de afkalving, de melkproductie amper beïnvloed, maar wel duidelijk negatieve invloeden heeft op de diergezondheid en de vruchtbaarheidsprestaties. Een regelmatige beoordeling van de lichaamsconditie van de individuele dieren kan erbij helpen risicokoeien in een vroegtijdig stadium te herkennen.

Documenteren en herhalen
De conditiebeoordeling met behulp van de BCS-methode (Body Condition Scoring) is makkelijk te leren en een goede indicator voor het al of niet juiste voermanagement in de droogstand voor de betreffende koe. Aan de hand van een puntensysteem worden verschillende lichaamsdelen van de koe met een score 1 tot 5 beoordeeld. Als je de BCS als kengetal wil gebruiken, moet deze bij elke score worden gedocumenteerd, zodat het verloop gedurende de lactatie zichtbaar wordt. Noteren kan op een lijst of kalender, maar een lijst in Excel is overzichtelijk en blijft netjes. Ook zijn er apps en managementprogramma’s die de mogelijkheid de BCS bij te houden. Gegevens uit de MPR of van de melkrobot laten zien of de melkproductie en het lactatiestadium bij de BCS passen.
Streefwaarden BCS voor Holstein-koeien:
- Bij de eerste inseminatie: minstens 3,00
- Bij afkalven: maximaal 3,75
- Aan het eind van de lactatiepiek: minstens 2,50
- Verlies in de eerste 30 lactatiedagen: maximaal 0,5 BCS-punten
Een alternatief voor BCS-meting is de ontwikkeling van individuele dieren middels rugvetdikte volgen. Een andere mogelijkheid is de koeien wegen, bijvoorbeeld in een melkrobot met weeginrichting.
Tegensturen
Bedrijfsleider Hilmar Zarwel van het Duitse proefbedrijf in Iden, scoort alle melkgevende en droogstaande dieren elke voer werken na de melkcontrole. Vervetten koeien teveel of verliezen ze juist veel lichaamsvet, dan wordt direct tegengestuurd middels het rantsoen. Te ‘slanke’ koeien worden vroeger overgezet op het close up-rantsoen. Vette koeien worden als risicokoeien aangemerkt en ondergaan na de afkalving een aan het risico aangepast traject.
Het bepalen van de Body Condition Score van een individuele koe doe je aan de hand van het volgende schema:
Tekst: Katrin Hilbk-Kortenbruck in samenwerking met Hilmar Zarwel
Foto’s: Katrin Hilbk-Kortenbruck