Vaak voeren melkveehouders meer krachtvoer met de gedachte dat dit genoeg extra melk oplevert om voordelig te zijn. Maar is dat ook zo? Het project Home Made Eiwit (HME) ging op zoek naar het antwoord op deze vraag.
Uit de studiegroepen van Home Made Eiwit bleek dat elke extra 1 kg aangekocht krachtvoer 4 kg melk extra moet opleveren. De verhouding tussen de hoeveelheid krachtvoer en de melkopbrengst per koe is daarbij niet relevant. Het gaat daarbij niet om de hoeveelheid krachtvoer of melkproductie per individuele koe, maar het totale verbruik van krachtvoer per 100 kg meetmelk.
Voersaldo
Het voersaldo wordt berekend door de voerkosten van de melkopbrengsten af te trekken. Een hogere melkproductie en lagere voerkosten zorgen voor een hoger voersaldo. Uit de data van het project bleek dat een hogere melkproductie niet altijd een hoger voersaldo betekent. Wel is er volgens het project een verband tussen het krachtvoerverbruik per 100 kg meetmelk en het voersaldo per 100 kg meetmelk: het voeren van minder krachtvoer leidt tot een hoger voersaldo.
Het voeren van maximaal 25 kg krachtvoer per 100 kg meetmelk is volgens de data van het Home Made Eiwit project het voordeligst voor het voersaldo. Dit bevestigden ook de gegevens van bedrijven die niet meededen aan het project, maar wel sterk op hun krachtvoerverbruik letten. Bedrijven die meer dan 25 kg krachtvoer per 100 kg meetmelk voerden, hadden een lager voersaldo. De bedrijven met een lager krachtvoerverbruik hadden een voersaldo van ongeveer 10 euro per 100 kg meetmelk meer dan het bedrijf met het hoogste krachtvoerverbruik.
Tips
Vanuit het project worden enkele tips gegeven om de verhouding van maximaal 25 kg krachtvoer per 100 kg melk te behalen. Een goede kwaliteit van het eigen ruwvoer is uiteraard belangrijk. Ook is het goed om bewust te zijn van de hoeveelheid krachtvoer, hier op te sturen en niet bang te zijn om minder krachtvoer te voeren. Aanvullende tips zijn het goed benutten van vers gras, zorgvuldig kuilmanagement en het kunnen schakelen wanneer de omstandigheden hierom vragen.
Bron: Verantwoorde Veehouderij
