Gezondheid

Hoge pregnancy rate en toch te weinig afkalvingen?

In theorie is de uitkomst van een hoge pregnancy rate, een hoog aantal afkalvingen. Soms komt het aantal afkalvingen niet overeen met de pregnancy rate. Dan ontstaan er dus wel drachten uit inseminaties, maar de afkalvingen blijven uit. Een oorzaak kan zijn dat veel koeien aborteren.

Het kengetal pregnanacy rate is een goede indicator voor de beoordeling van de effectiviteit van het vruchtbaarheidsmanagement op een melkveebedrijf. Een hoge pregnanacy rate geeft aan dat de meeste koeien die tochtig zouden moeten worden, ook daadwerkelijk worden geïnsemineerd en dat het overgrote deel van de inseminaties tot een dracht leidt. Als uit het aantal afkalvingen in een bepaalde periode blijkt, dat dit niet zo is, is het de moeite waard een aantal kengetallen nader te onderzoeken. Het aantal vroegtijdige abortussen moet verder onder de loep worden genomen en als dat geen uitkomst biedt, kun je enigszins beginnen met twijfelen aan de drachtscans. Foutieve drachtscans zijn echter zeldzaam. 

Uitzoekwerk

Het verschil tussen aantal drachten en aantal afkalvingen wordt in managementsoftware niet altijd als kengetal getoond. Wat je altijd kunt doen om hier toch een indicator voor te hebben, is het aantal abortussen delen door het aantal drachten. Het aantal drachtig gescande koeien is immers wel een beschikbaar kengetal. Als van 100 drachtig gescande koeien 22 koeien niet afkalven, dan betekent dat 22 abortussen. Als dit het geval is, moet je jezelf dus niet blindstaren op een hoge pregnancy rate. Probeer het verschil tussen drachtig gescande koeien en het aantal afkalvingen op één of andere manier uit je registratie en managementpakket te halen. 

Abortus waargenomen?

Als je een idee hebt van het aantal koeien dat aborteert is de vraag of ze worden veroorzaakt door virale infecties, zoals onder meer Brucella aborus, Neospora caninum of BVD. Om hier wat grip op te krijgen is het belangrijk te weten in hoeverre het gaat om waargenomen abortussen en in hoeverre om klaarblijkelijke abortussen. Bij klaarblijkelijke abortussen is geen foetus gevonden. Doordat er eerst een dracht was en later niet meer, wordt van abortus uitgegaan. Een gevonden foetus is altijd een belangrijk gegeven, ook als onbekend is van welke koe het komt.

Nul procent abortussen waargenomen   

Het kan zeker voorkomen dat geen van de 22 abortussen, zoals in het voorbeeld hierboven, een waargenomen abortus is.  Dat maakt het onwaarschijnlijk dat infecties die een late abortus veroorzaken, de oorzaak zijn. Het gaat dan dus waarschijnlijk veelal om vroegtijdige embryonale sterfte.

Foutieve drachtscan zeldzaam

Hoewel het zelden voorkomt is ook een foutieve drachtscan een mogelijke uitleg voor een hoog aantal abortussen. Als de hiervoor beschreven werkwijze wordt gevolgd, zullen koeien die onterecht drachtig zijn gescand altijd op het lijstje ‘klaarblijkelijk geaborteerd’ komen. Meerdere van deze gevallen binnen een koppel kan leiden tot onterechte conclusies. Nagaan of koeien foutief drachtig zijn gescand is lastig, maar het kan in theorie aan de hand van activiteitsmeting.     

Voorbeeld van een koe die twee de aanmerking ‘abortus’ kreeg: een koe wordt na een vrijwillige wachttijd van 78 dagen geïnsemineerd binnen een tochtsynchronisatieprotocol. Op dag 111 na de afkalving wordt ze drachtig gescand van de inseminatie op dag 79. Op dag 119 liet ze weer verhoogde activiteit zien. Daarom werd ze op dag 139 weer gescand en gust bevonden. Uit het uitblijven van verhoogde activiteit na het insemineren op dag 79 is op te maken dat er sprake is geweest van bevruchting. Er is een sterk vermoeden van vroegtijdige embryonale sterfte.   

Op lactatiedag 141 werd de koe nog eens geïnsemineerd. Na deze inseminatie bleef ze verhoogd actief. Zelfs was verhoogde activiteit te zien tussen 18 en 27 dagen na de inseminatie wat erop kan duiden dat ze direct weer cyclisch is geworden. Toch werd de koe op dag 178 drachtig gescand, maar gust op dag  209. Dat duidt dus op een tweede foetale abortus. Of deze tweede veronderstelde abortus verband houdt met de verhoogde activiteit na de inseminatie en de drachtscan van dag 178 dus vals positief was, is niet bekend en we zullen het nooit weten. 

De moraal van het verhaal is dat je veel kunt leren als je kijkt naar specifieke KPI’s, zoals aantal abortussen. Gezien het een gegeven is dat foutieve drachtscans vaak als gevolg hebben dat kostbare processen worden ingezet die eigenlijk zinloos zijn, is tijd besteden aan analyseren van dergelijke KPI’s zeer de moeite waard. Vandaag de dag kun je dergelijke analyses sneller doen door activiteitsdata en koegegevens naast elkaar te leggen.

Bron: Gonzalo Forreira, Virginia Tech (VS) op Hoard’s Dairymen

Over de auteur: Wilbert Beerling
Wilbert Beerling groeide op een melkveebedrijf op. Sinds 2011 werkt Wilbert bij AgriMedia waar hij nu zorg draagt voor de samenstelling van de vakbladen Elite...
Meer over:
Gezondheid
Deel dit bericht: Facebook Twitter LinkedIn

Elite Nieuwsbrief

Nieuwsbrief Wil je ook de wekelijkse nieuwsbrief ontvangen en op de hoogte blijven van de ontwikkelingen op het gebied van melkvee?