Gezondheid | Premium

Mycoplasma niet negeren

Mycoplasma is moeilijk aan te tonen en net zo moeilijk te behandelen. Met een nieuwe methode kan de infectie wel vroegtijdig herkend worden en doelmatig worden behandeld.

De zeer kleine bacteriën komen vaak via de aankoop van dieren in de veestapel en vermeerderen zich sluimerend. Bij kalveren verloopt de infectie vooral door de opname van melk die de ziekteverwekker bevat, over en weer zuigen en door een gezamenlijke speen van de kalverdrinkautomaat.

Chronische infecties blijven lang binnen de veestapel. Problematisch is als een aanzienlijk deel van de geïnfecteerde dieren gen klinische symptomen laat zien alsook de remming van de afweermechanismen van het geïnfecteerde dier door de mycoplasma’s.

Mycoplasma bovis veroorzaakt in de koeien- en kalverstal ter zake doende gezondheidsschade. Bij kalveren staan infecties van de bovenste luchtwegen en longontsteking (pneumonie) het meest op de voorgrond. Daarbij zijn de bacteriën vaak bij middenoorontsteking (otitis) en gewrichtsontstekingen (artritis) betrokken.

Minder vaak voorkomend manifesteert de ziekte zich door symptomen van uitval van het centrale zenuwstelsel (meningitis) of een ontsteking van de hartkleppen (endokarditis).

Vroeg symptoom: kopschudden

Zowel bij luchtwegaandoeningen als bij oorontsteking is vroegtijdige herkenning en directe behandeling doorslaggevend in het voorkomen van een zwaar ziekteverloop. De eerste symptomen van een middenoorontsteking zijn herhalend kopschudden, het met de achterbenen aan de kop krabben, kale plekken op de kop door schuren tegen wanden, koorts en meer tranen van de ogen.

Een middenoorontsteking kan, net als pinkengriep, mede door mycoplasma veroorzaakt worden. Eén van de symptomen is kopschudden, net als bij oorontsteking.

Door het trommelvlies steken

Voor diagnose is het mogelijk, secreet uit het middenoor microbiologisch te onderzoeken. Daarvoor moet het kalf gesedeerd worden en leidt de dierenarts een verblijfskatheter door de buitenste gehoorgang tot aan het trommelvlies en steekt deze door om vervolgens te spoelen met kookzoutoplossing (ear-lavage).

De spoelvloeistof komt via het neusgat naar buiten, dat daarvoor voor de spoeling gerenigd moet worden, wordt opgevangen en in het laboratorium onderzocht middels een PCR-test of door he top kweek te zetten. Worden er koeien verdacht op een uierinfectie met mycoplasma of worden melkgevende vaarzen aangekocht, dan is een analyse van een individueel melkmonster of van de tankmelk aan te bevelen.

Na de ‘ear-lavage‘ vloeit oorsekreet af via de neus. Daar wordt het opgevangen en vervolgens middels PCR of kweek onderzocht.

Veel resistentie

Worden mycoplasma’s aangetoond, dan moet direct worden behandeld. De keuze voor een geschikt antibioticum is belangrijk. Vanwege de grote hoeveelheid resistenties is dat niet eenvoudig: mycoplasma’s hebben geen celwand; antibiotica waarvan de werking op de remming van de bacteriële celwandsynthese berust, zijn niet werkzaam (bijvoorbeeld bètalactam-antibiotica en polypeptide).

Ook sulfanomiden werken in principe niet. In een vroeg stadium zijn daarentegen doxycycline en florfenicol zinvol. Ook met macrolide-antibiotica kan resultaat worden geboekt.

Om grip te krijgen op de lastige situatie rondom mycoplasma, werden in Zwitserland herhaaldelijk koppelspecifieke, geïnactiveerde vaccins ingezet op mesterijen. De kalveren werden op de dag van aankomst en 14 dagen later nog eens geënt. Op de meerderheid van bedrijven bleek dit een effectieve preventieve maatregel. Op afmestbedrijven is een koppelspecifiek vaccin dus een zinvolle maatregel.

Do’s en Don’ts om mycoplasma te beteugelen

Problemen in de kalverstal? Prof. Martin Kaske van de  Zwitserse kalvergezonheidsdienst adviseert systematisch te werk te gaan:

DO’s

  • Herkennen van probleemkoppels en controlling: een monster nemen uit een tracheale spoeling en eventueel oorspoeling bij een kalf; (tank)melkmonster.
  • Behandeling: vroeger beginnen met de behandeling, werkzame antibiotica, hoge dosering.
  • Vaccineren met een koppelspecifiek vaccin.

DONT’S

  • Het probleem negeren: de verwekker zal zich sluimerend verspreiden.
  • Voeren van gemengde biest of dumpmelk: risico op verspreiding van verwekkers zonder dit te herkennen
  • Te laat beginnen met behandelen: ontstekingen zijn dan al ver gevorderd.
  • Grote diergroepen: meer dan 15 dieren.
  • Ongecontroleerde aankoop van dieren: gevaar voor het binnenslepen van verwekkers.

Tekst en foto’s: Marion Weerda

Bron: Lezing van Prof. Martin Kaske, dierenartsencongres Leipzig 2022

Je hebt zojuist een Premium-artikel gelezen.
Het aantal premium-artikelen dat je kunt lezen is beperkt. Wil je meer Premium lezen? Maak dan een gratis profiel aan.
Dit Premium-artikel krijg je cadeau. Onbeperkt lezen? Nu proberen
Over de auteur: Wilbert Beerling
Wilbert Beerling groeide op een melkveebedrijf op. Sinds 2011 werkt Wilbert bij AgriMedia waar hij nu zorg draagt voor de samenstelling van de vakbladen Elite...
Meer over:
Gezondheid
Deel dit bericht: Facebook Twitter LinkedIn

Elite Nieuwsbrief

Nieuwsbrief Wil je ook de wekelijkse nieuwsbrief ontvangen en op de hoogte blijven van de ontwikkelingen op het gebied van melkvee?