Management

Levensduur melkkoe verlengen

Het meeste potentieel om de gebruiksduur en daarmee de levensproductie van melkkoeien te verhogen, ligt bij de volgende punten:

Fokkerij

Een door genomische selectie versnelde vooruitgang van de fokwaarden zal eraan bijdragen dat de productieve levensduur en levens lange melkproductie verbeteren. Melkveehouders zouden daarvoor moeten doorgaan met het ontwikkelen van geslachtslijnen uit koeien met een hoge melkproducties. De lengte van het leven van een koe wordt positief beïnvloed door te fokken op productieve levensduur, vruchtbaarheid, uiergezondheid, uiers en frame. Het melktype (karakter in de melkstal) en het lichaam (grootte) hebben daarentegen een negatieve invloed op de productieve levensduur.

Koppelmanagement

Een groter potentieel dan in de fokkerij zit tegenwoordig echter in het dagelijkse koppelmanagement. Veel vaarzen worden in de eerste 30 dagen na de afkalving afgevoerd. Ziekten aan het begin van de lactatieperiode hebben echter niets met de productie te maken en zijn ook geen fenomeen van deze tijd. De mate waarin ze voorkomen, houdt rechtstreeks verband met de kwaliteit van het management. De grootste uitdaging is om de gedwongen afvoer omlaag te brengen, met name in de eerste lactatie. Daarvoor moeten eerst de redenen voor afvoer binnen het bedrijf bekend zijn. Die redenen moeten voor elk dier afzonderlijk worden gespecificeerd en geregistreerd. Ter oriëntatie de normale waarden voor redenen van afvoer: mastitis < 5,8 procent; vruchtbaarheid 4,1 procent; klauwen < 1,1 procent (Koesling Anderson, 2017).

Opfok

Bedrijven die te weinig aandacht hebben voor het opfokken van hun kalveren (levend gewicht in de zesde maand < 200 kg) hebben aanzienlijk meer afvoer in de eerste lactatie. Door in de eerste zes levensmaanden intensief te voeren, kunnen gro
tere gewichtstoenames worden gerealiseerd. De optimale afkalfleeftijd bij vaarzen (ALVA) is bij Holsteinkoeien 22 tot 24 maanden.

Verlenging van de vrijwillige wachttijd (VWT)

Elke afkalving betekent een gezondheidsrisico. Bij hoogproductieve koeien (10.000 – 11.000 kg tot 430 dagen) is een langere lactatieduur of VWT beter voor de productieve levensduur en vanwege productiviteitsredenen (persistentie, meer melk, betere vruchtbaarheid en ongecompliceerd droogzetten). Bij koeien met lagere producties (8.000 kg) bestaat daarentegen bij een langere VWT het gevaar van vervetting aan het einde van de lactatie.

Deze tip verscheen in Elite 6 uit 2017.

Elite Nieuwsbrief

Nieuwsbrief Wil je ook de wekelijkse nieuwsbrief ontvangen en op de hoogte blijven van de ontwikkelingen op het gebied van melkvee?